Zonneallergie wordt veroorzaakt door UV-licht van de zon of de zonnebank. UV-licht is een niet zichtbaar onderdeel van zonlicht. Normaal zorgt UV-licht ervoor dat je huid langzaam bruin wordt en/of verbrandt, maar bij zonneallergie reageert je huid overgevoelig op het UV-licht. Het is niet precies bekend waarom de ene persoon wel last krijgt van zonneallergie en een andere persoon niet. Aanleg kan een rol spelen. In sommige families komt zonneallergie vaker voor dan in andere. Als je een lichte huid hebt, heb je ook meer kans om zonneallergie te krijgen.

Overgevoeligheid voor zonlicht kan ook ontstaan door een huid- of stofwisselingsziekte, het gebruik van geneesmiddelen, chemische stoffen of contact met planten. Voorbeelden van stoffen die dit kunnen veroorzaken zijn:

• Medicijnen zoals: antibiotica, pijnstillers, antijeukmiddelen en plastabletten

• Plantensoorten zoals: berenklauw, peterselie, dille, sint-janskruid, pastinaak, engelwortel, (bleek)selderij en wijnruit

• Chemische stoffen zoals: bestrijdingsmiddelen of cosmetica.

Zonneallergie kan er verschillend uitzien. In het voorjaar, bij de eerste zonnestralen, ontstaan bultjes die jeuken, blaasjes of roodheid en de huid wordt dik. Deze plekken zie je op de huid die in de zon is geweest, zoals de armen en het gezicht. De huidafwijkingen ontstaan meestal in de avond of nacht nadat je in de zon bent geweest, maar kunnen ook nog later ontstaan. Bij ernstige reacties kunnen de huidafwijkingen zich zelfs uitbreiden naar de huid die wél bedekt was.

De huidafwijkingen beginnen in het (vroege) voorjaar. In de zomer worden de huidafwijkingen minder en in de herfst en winter verdwijnen ze, om dan in het volgende voorjaar weer terug te komen. De klachten kunnen per jaar in sterkte wisselen.

Zonneallergie is niet besmettelijk.

Meestal gaat zonneallergie na een aantal jaren spontaan over. Sommige mensen blijven er vele jaren of altijd last van houden. Dit betekent dat deze mensen ieder voorjaar weer klachten kunnen krijgen.

• Gebruik meerdere keren per dag een zonnebrandcrème (ook wel antizonnebrandcrème of zonnemelk genoemd) met minimaal beschermingsfactor 30. Smeer een flinke laag crème ’s morgens, voordat je je aankleedt, op de onbedekte huid. Zorg ervoor dat de randjes bij de kleding ook goed beschermd zijn.

• Als je in de zon komt, draag dan een zonnehoed of zonneklep. Bescherm je huid ook door armen en benen te bedekken met kleding.

• Vermijd de zon tussen 12 en 15 uur.

• Vermijd situaties met heel veel zonlicht zoals vakanties naar een zonnig land en wintersportvakanties. Sneeuw en zand weerkaatsen veel zonlicht.